Poëzie

Eerst is het dat vage in de verte
alsof alliteratie het al voorspelde.

Je tuurt door

witregels als witte regen
die meer doen willen weten.

Je stelt je open voor

oprukkend ritme, reikend
rijm dat mag kraken.

Je schrikt van

ongewenste ambiguïteit
maar een wending, alwetend
verleent wijsheid.

En plots zijn daar

botsingen van betekenis
op botsingen van betekenis op
botsingen, zolang het duurt.

Dat is wat het was.
Is. Zal zijn:

kracht
in slow-motion.

De man

De man, afgesneden
tussen de benen, draagt nu
zijn pik in zijn strot
fully functional.

Zalig zeikt hij over de menigte
en wordt door menigeen gewillig
terug in zijn bek gepist.

Hij spoelt er zijn mond mee.
Gorgelt maar wat gretig.
Slikt het als brandstof voor later.
De appel die de eikel beroert

tot hij voortijdig klaarkomt
en zijn kreupel zaad uitbraakt
over een wereldwijde
haatneukorgie.

Zoekgedrag online toont aan: poëzie lééft

Hoezo, ‘niemand leest gedichten’?!

Van gedichten denkt men vaak dat ze niet of nauwelijks gelezen worden. Het zou een ‘niche-genre’ zijn.

Kijk maar naar de verkoopcijfers van dichtbundels: de oplages zijn altijd laag (een stuk of 200), en zelfs die raken zelden uitverkocht.

Ook ik dacht dat ‘niemand’ poëzie las, tot voor kort. Maar juist ik had beter moeten weten. Want ik ben nota bene SEO-tekstschrijver van beroep. Wat dat precies is? En wat dat met poëzie lezen te maken heeft? Dat lees je hieronder.

Eerst even een opvallend cijfer:

Lees meer

Wat is een dichter?

Wat is een dichter?Een dichter is iemand die gedichten schrijft. En zo, via de poëzie, iets uitdrukt op een originele manier. Met als doel dat het iets doet met de lezer. Ontroeren, bijvoorbeeld. Of verwonderen. Bevreemden. Kwaad maken. Of melancholiek.

Daarvoor gebruikt de dichter allerlei stijlmiddelen, zoals beeldspraak en ritme. Maar, en dat is het mooie aan poëzie, niets ‘moet’. Zo hoeft een dichter niet per se rijm te gebruiken.

Iedereen kan en mag zich dichter noemen. Maar niet iedereen wordt als dichter gepubliceerd door een uitgever. Je zou dus een onderscheid kunnen maken tussen ‘amateurdichters’ en ‘professionele dichters’.

Uiteraard kan een dichter zowel man als vrouw zijn. Bij een vrouw spreken sommigen nog steeds over een ‘dichteres’.

Lees meer

Bomen weten dit

Hoeveel binding heeft een Wognummer
met, zeg, een Wervershover?
Een Zwaagdijker met een Opperdoezer?
Of zelfs een Abbekerker met een Sijbekarspelaar?

Hoeveel binding hebben zij allen
met Medemblik? Wie voelt zich Medemblikker
behalve een Medemblikker?

Zo trots iedere kern
als een oude eik op zijn diepe wortels.
Wat is nu binding onder bomen?

Zij weten wel beter. Verborgen
onder onze voeten ligt een breedbandnetwerk
van miljoenen jaren her.

De boom uit jouw raam kent die uit het mijne.
Zij zorgen voor elkaar, ook al
staat de een ogenschijnlijk zo ver af van de ander.

Wellicht kijken we voortaan anders naar de rijke bodem
waar wij zo willekeurig op wonen, en

onthouden:
bomen hoeven zich geen bos te noemen
om verbonden te zijn.

Wat alle dichters moeten geloven

Dat water naar zee dragen zin heeft.
Dat tien liter
uit eigen emmer

de zeespiegel sneller doet stijgen
dan tien jaar
smeltende ijskappen.

– voor Ingmar

Luister

Het is laat en alle lichten
zijn uit.

Ik zit op de wc en zij
sloft de trap af
staat even stil
te luisteren en klopt
dan zachtjes
op de deur.

Ik klop zachtjes terug
(we willen de kinderen
niet wakker maken).

Ze sloft weer terug
de trap op, naar de wc
boven
en ik

luister.